21 mrt Een warm bad of een koude douche?
Door Marijn Pietersen – Jonker
Vier jaar geleden startte ik als zzp´er. Zelfstandige. Eigen baas zijn, vrijheid en vooral doen wat ik zelf het leukst vind. Ik heb al veel verschillende opdrachten mogen doen. Ver weg, dichtbij, korte en lange klussen, leuke en minder leuke dagen. Wat ik vooral prettig vind is de afwisseling. Elke dag is anders, ik ontmoet veel mensen en ik werk steeds op nieuwe plekken. Geen sleur, maar avontuur!
Opvallend is de manier waarop organisaties nieuwe gezichten – zoals ik op dat moment – welkom heten. Soms is het een heus warm bad. Voor mij is dat: een persoonlijke introductie waarbij we handen (en tegenwoordig ellebogen) schudden en kennis maken. Nieuwsgierigheid in elkaar en de wens een goede samenwerking op te bouwen. Een eerste week, met tijd en aandacht, is voor mij belangrijk bij een nieuwe start. Daar hoort voor mij ook bij dat ik de ruimte krijg om mezelf te zijn: me durven te laten zien, mijn stijl van humor, mijn standpunten en visie op zaken, het vast mogen houden aan mijn kernwaarden. Collega’s die niet oordelen wanneer je anders denkt of doet, maar die juist blij zijn met een extra perspectief.
Niet overal is het even warm. Er zijn plekken waar ik na een kort voorstelrondje en een rondleiding praktisch aan mijn lot wordt overgelaten. “Succes! Je weet me te vinden, toch? Mijn deur staat open!” Geen geïnteresseerde vragen of nieuwsgierige blikken naar wie ik ben. Eerder een zucht vanuit een zichtbare gedachte: alweer een vraag? Ik heb het eigenlijk een beetje druk. Dus: “lees dit maar even door.” Het voelt alsof ik het wiel nog moet uitvinden, terwijl iedereen al op luchtbanden rondrijdt. Het maakt mij onzeker, want hoe weet ik of wat ik doe bijdraagt aan waar we als organisatie naartoe willen?
Wanneer je dit leest zal je meteen begrijpen dat de tweede situatie een stuk minder aangenaam is wanneer je ergens binnenkomt. Dat zal iedereen het toch met me eens zijn? Toch gebeurt het met regelmaat. Voor mij betekent dit al snel een afname in mijn motivatie en betrokkenheid. Toch komt ook de vraag bij mij op: wat is er gebeurd dat niemand de moeite neemt om mij wegwijs te maken of onderdeel te maken van de groep. Wat maakt dat zij niet (meer) warm lopen voor een nieuw gezicht, een nieuw perspectief?
Snel kom ik tot de conclusie dat dit geen doelbewuste sabotage is van mijn werkgeluk. Het is de cultuur van de organisatie geworden. Hoewel mensen betrokken zijn bij hun werk en bij elkaar, is de betrokkenheid bij de organisatie en de toekomst ervan een stuk kleiner. Het zijn organisaties met lang zittend personeel, die al veel transities, transformaties en reorganisaties hebben meegemaakt. Maar onderdeel van deze veranderingen voelen zij zich niet. Een bekende gedachte is dan ook: “het zal mijn tijd wel duren, ik richt me wel op mijn eigen zaakjes”. De rek is eruit en de nieuwsgierigheid is verdwenen. Zo ook de nieuwsgierigheid naar die nieuwe collega in de vorm van mijzelf.
De cultuur van een organisatie is diepgeworteld en ontstaat vaak vanzelf. Toch kan, en moet, deze wel worden verzorgd en onderhouden. Aandacht en betrokkenheid zijn daarbij heel belangrijk. Je kunt de cultuur van de organisatie vergelijken met de voedingsbodem van de natuur. Deze kan voedingsrijk zijn en planten laten groeien en bloeien. Een beetje regen, zon en mest doet wonderen. Onkruid is oké, maar zorg dat het niet overwoekert. Verzorg je het niet, dan raakt de bodem uitgeput of zelfs vergiftigd. Het maakt planten ziek, en daarmee het groeien heel lastig. Bloeien wordt zelf onmogelijk. Soms wordt het zo erg, dat ook nieuwe planten last krijgen van de ziekte. En voor je het weet is er sprake van een pandemie.
Verzorg de voedingsbodem van jouw bedrijf daarom goed. Een beetje aandacht, betrokkenheid en nieuwsgierigheid doen wonderen.